Engbertsdijksvenen

Het is bijna niet voor te stellen dat Nederland 1000 jaar voor Christus nog circa 1 miljoen hectare hoogveen telde: bijna een derde van de totale landoppervlakte. Daarvan is nu nog 10000 hectare over, waarvan nog maar 8 hectare levend hoogveen. En als er een landschap is dat al eeuwenlang tot de verbeelding spreekt, dan zijn het wel natuurlijke, ongerepte veengebieden. Ruig en onherbergzaam. Gevaarlijk voor wie de weg niet weet. Lieflijk wuivend veenpluis. De geur van rotting. Bron van legendes dankzij sliertige mist en dwaallichten. En leefgebied van bijzondere planten en dieren die zich aan de extreme omstandigheden hebben aangepast. ( tekst flyer LO)

Illustratie: Ronald van der Heide.nl

De Engbertsdijksvenen is een vrijwel geheel afgegraven hoogveengebied, van in totaal ongeveer 1000 ha. Omdat de randen geheel zijn afgegraven, steekt het middendeel ver boven het omringende landschap uit. Het gebied herbergt een restant niet-afgegraven veen. Deze hoogveenkern is wel voor boekweitbrandcultuur gebruikt, maar niet verveend en tijdig tegen verdere verdroging beschermd. In 1984 is de laatste turf afgevoerd, en kon worden begonnen met het vernatten van het veen. Om wegzijging van het oppervlaktewater tegen te gaan, was het nodig het gebied hydrologisch te isoleren. Daartoe is het gebied in compartimenten verdeeld door middel van dammen. Het is een uitgestrekt, weids en afwisselend gebied. Buiten de actieve hoogveenkern bestaat het gebied uit natte heide, uitgestrekte Pijpenstrootjesvelden, en delen voormalige cultuurgrond. In het noorden is ook een deel droge heide aanwezig.

Binnen de Engbertsdijksvenen is de laatste paar jaar door Staatsbosbeheer al wel heel veel gebeurd. Het overgrote deel van de overal aanwezige opslag van vooral berken is met groot materieel verwijderd. Het resultaat is dat het veen weer net zo open en overzichtelijk is als meteen na het stopzetten van de vervening. Zowel aan de noord- als de zuidzijde is er de mogelijkheid een gemarkeerde route te lopen.

Aan de noordkant, de ingang bij Kloosterhaar, is er het oude boerderijtje ‘Huisken’, van waaruit op gezette rondleidingen worden gegeven. Een wandeling naar het uitkijkpunt ‘De Pluus’ is altijd de moeite waard. Deze staat op de dam rond de hoogveenkern, en biedt rondom een schitterend gevarieerd uitzicht. In alle seizoenen kun je bijzondere watervogels treffen op de grote plas. Maar ook de bloeiende heide, hoogzomer, is een trekpleister van jewelste.

Aan de zuidkant is een P-plaats in De Pollen, en ook van hieruit zijn een paar wandelingen aangegeven. Hier kom je als bijzonderheid een grote oppervlakte Slangenwortel tegen, een Aronskelk met adembenemend mooie witte bloemschermen en in de herfst trossen vuurrode bessen. Ook hier een kijkscherm ‘Het Krikeantie’, de plaatselijke naam voor de Wintertaling. In het voorjaar zingen hier de Blauwborsten op de bloeiende Gagelstruiken. En als je precies op het goede moment bent, zie en hoor je vlak langs de paden de op dat moment fraai blauwe Heikikkers.

Engbertsdijksvenen dec. 2020
Engbertsdijksvenen dec. 2020

Om dit unieke, maar zeer kwetsbare, door de overheid aangewezen Natura 2000 gebied te beschermen en te bewaren moeten in elk geval twee belangrijke negatieve factoren uitgeschakeld worden. Het heeft namelijk veel te lijden onder verdroging en vermesting door de hoge stikstofdepositie. Op basis van ecologische uitgangspunten is naar de waterhuishouding in 2011-2012 in opdracht van de Dienst Landelijk Gebied een gedegen onderzoek uitgevoerd door het bureau Arcadis. Hun eindrapport geeft aan dat voor een duurzame bescherming, met goed herstel van het hoogveen en hoogveenlandschap, aan de oostzijde een bufferzone van ongeveer 450 ha landbouwgebied nodig is. Dit om de waterhuishouding in het gebied goed te krijgen. Helaas bleek voor deze oplossing niet meteen voldoende politiek draagvlak te zijn. In de jaren daarna volgden een alsmaar langere reeks onderzoeken en voorstellen elkaar op, maar tot op het moment van schrijven van dit verhaal (intussen 2021..) is er nog steeds geen duidelijkheid geschapen. Dit is niet alleen heel jammer voor Engbertsdijksvenen zelf, dat door een reeks droge zomers toch al veel te lijden heeft. Het is ook heel jammer voor de omliggende landbouwers, die nu nog steeds niet weten waar ze aan toe zijn.


Kraanvogels

Sinds 2011 verblijven er zomers broedende kraanvogels in ‘ons’ Natura 2000 gebied Engbertsdijksvenen, met wisselend succes.

Hier is een link naar de kraanvogel pagina


BMP Telgroep.

De broedvogels in de Engbertsdijksvenen worden al sinds 1977 geteld daarmee is het een van de gebieden met de langste telreeksen. De broedvogel verslagen van deze groep zijn op een aparte pagina te vinden.

Hier is een link naar de telgroep pagina


Vogeltrektelgroep

In Engbertsdijksvenen wordt al vanaf begin jaren 80 trektellingen gedaan. Vooral tijdens de najaarstrek wordt regelmatig vanaf zonsopkomst de trek van de vogels gevolgd

Telgegevens staan op trektellen.nl