Broedvogels van Engbertsdijksvenen in 2023

Door de Telgroep Engbertsdijksvenen zijn ook in 2023 de broedvogels weer gemonitord. Hiervan is een overzicht gemaakt waarin de meest opvallende trends worden beschreven. Daarbij is het aardig om bij ‘onze’ broedvogels te kijken hoe deze het ten opzichte van de landelijke trend doen. Vooral als ze tegen de verdrukking in stand weten te houden.

Bij de watervogels klopt het in ieder geval voor de Grauwe gans, ze evenaarden vrijwel hun topjaar 2012. Wilde eenden tellen we nu zeven jaar, daarmee zijn we begonnen na de verontrustende berichten over hun afname. En ook hier gaan ze nog steeds achteruit. We noteren de laagste stand tot nu toe. De Rode Lijstsoorten Slobeend, Zomertaling en Wintertaling hebben het ook hier moeilijk. Slobeend en Wintertaling blijven met moeite op peil, maar voor de Zomertaling lijkt het doek bijna gevallen. We konden nog maar net één territoria vaststellen.

Dit jaar was een deel van het terrein ingezaaid met wintertarwe, wat niet alleen een prachtig beeld gaf, maar waar de hoenders Patrijs, Kwartel en Fazant wel bij voeren. Voor de Patrijs was dit een eerste vestiging sinds jaren! Ook de vroeger zo gewone Fazant deed het goed. Niet eerder werden er zoveel geturfd, dit geheel tegen de landelijke trend in. De akker maakte ook deel uit van het territorium van een wel heel exclusieve soort: de Grauwe kiekendief. Een paar hiervan bracht een eindje buiten het veen met succes vier jongen groot!

Een opsteker waren ook de Kraanvogels: dit jaar met twee paar. Het ene paar slaagde er in, een jong groot te brengen: pas het tweede geslaagde broedgeval voor Engbertsdijksvenen.

Alex Huizinga: Common Crane (Grus grus)

Waren het een paar jaar geleden nog de klassieke weidevogels Kievit, Tureluur en Watersnip die in ongekende aantallen de kale kapvlaktes koloniseerden, zijn deze nu weer helemaal terug bij af. Veel beter verging het dit jaar hun kleine begeleiders Veldleeuwerik en Gele kwikstaart. Beide soorten overtroefden hun recordvoorkomen van vorig jaar. Zeker de Veldleeuwerik gaat in tegen alle logica. Was het een paar jaar geleden nog een marginale broedvogel, dit jaar stegen ze luid jubelend tot ongekende hoogte, ze kwamen tot 67 territoria!

Ook bijzonder waren dit jaar de uilen. Van vier soorten vonden we een territorium, waarvan natuurlijk de Velduil wel de meest aansprekende is. Regelmatig zagen we hoe ze bijvoorbeeld een Bruine kiekendief of zelfs een Havik uit hun territorium verdreven. Helaas is het niet tot jonge uilskuikens gekomen, in ieder geval hebben we ze niet vliegvlug mogen zien. Nog geen territorium, maar wel een paar keer waargenomen in het veen is ook nog de Oehoe! Mogelijk is er ergens in de zandafgravingen in de omgeving een paar dat nog niet is opgemerkt.

Van de vogels van het open terrein bleef de Nachtzwaluw op het hoge peil van de laatste jaren. Verrassend waren wel de twee territoria Draaihals. Het is al weer een paar jaar geleden dat die hier een broedpoging deed. Dat ze hier nu weer voorzichtig een poot aan de grond proberen te krijgen, past wel in het landelijk beeld. De grootste verrassing van dit voorjaar zijn wel de Grauwe klauwieren. Met 14 territoria bereikten ze voor het eerst de dubbele cijfers. Dat was binnen het regulier telgebied, net erbuiten waren er nog drie meer. De favoriete soorten in het veen van fotografen zijn al jaren het kleurrijke duo Blauwborst en Roodborsttapuit. De laatste blijft constant, maar de Blauwborst blijft maar toenemen. Dit jaar doorbraken ze voor het eerst de magische grens van honderd, met 107 territoria! In dit geweld deed de Kneu het bescheiden, maar ze namen tegen de landelijke trend in gelukkig wel weer wat toe.

Bij de bosvogels was het vaste paar Raven weer present, helaas lieten ze hun nest vroegtijdig in de steek. In de uiterste rand van het veen, met wat hogere bomen, deden de Wielewalen het beter dan verwacht: ze namen zelfs wat toe. Mooi was ook de terugkeer van de Matkop, een soort waarvan gedacht wordt dat ze als broedvogel veel te lijden hebben van de klimaatverandering. Een soort van de randen van het bos, de Gekraagde roodstaart, hield zich keurig aan de landelijke trend: ze bereikten het hoogste aantal ooit.

We hebben waarschijnlijk wel definitief afscheid moeten nemen van een paar soorten, die nog niet zo lang geleden nog een visitekaartje voor het veen waren. Zomertortels werden zelfs geen enkele keer meer gehoord, Paapjes waren er alleen maar meer op trek.

Het hele rapport is in te zien op deze site van de KNNV Vriezenveen.

Geert Euverman